Veel doeken, van groot en klein formaat, gemaakt door Ronald Ruseler droegen en dragen de (onder-) titel “De mythische afstand”.
Zo, maar bijna abstrakt, benoemde hij de landschappelijke voorstellingen. Nu is het begrip afstand niet alleen een term om een geografisch iets aan te geven, ook kan er mee bedoeld worden dat iemands herinnering “op afstand” staat ten opzichte van werkelijke gebeurtenissen. Enerzijds is afstand een meetbaar begrip, anderzijds emotioneel ongrijpbaar. Ratio bestaat naast emotie. Ruseler is geboren in 1950, staat dus op redelijke afstand van het oorlogsgebeuren dat hij aangeeft, al is het versluierd, via voorstelling en/of titelgeving van zijn werk. Desondanks bezocht hij vaak de kuststreken van Europa, zeker die in Nederland. Die dwaaltochten hebben zijn intuitie gescherpt, de plaatsen van de Atlantic-Wall fascineren hem zonder meer; alleen, de funktie van die onneembaar geachte schijnmuur is verdwenen. Daardoor is Ruseler letterlijk op afstand gezet, er rest slechts beleving. De geschiedenis is mythe geworden. Hier zijn we bij de bron van het ontstaan van Ruselers werk. Het is zijn spel met opgeraapte resten. Stukken steen, cement, takken en foto’s van kustlandschappen helpen ons in de herinnering. Via het ordenen van het materiaal, via het kunstwerk gaan wij terug naar de plekken van weleer. Ruseler kombineert letterlijke restanten met de pure fictie van verf. Het resultaat is een eigenaardig romantische voorstelling. De titel versterkt nog eens de betekenis van het geheel. Volgens hem maakt Ronald Ruseler fictieve landschappen met zijn gevoel als middelpunt. Zoals beschreven is zijn gevoel elders “geraakt” en aangespoord. In het atelier volgt het afmaken van de gedachte die aan zee en kust te binnen viel.
Jan Zumbrink, Haarlem 1990