Hester Alberdingk Thijm: de-Passages in Castellvm Aqvae

Lieve mensen!

Als ik hier sta tussen al die kunstwerken die, zo lijkt het wel, bezit hebben genomen van deze ruimte, heb ik de neiging deze tentoonstelling niet te openen, maar in te wijden. Dat klinkt minder neutraal en dat moet in dit geval ook. Inwijden heeft iets plechtigs, iets ritueels, het is niet zomaar wat. Deze ruimte lijkt door de kunst ook iets gewijds te krijgen. Zo zie je maar weer: kwaliteit, originaliteit en creativiteit laten zich altijd verenigen tot iets van grote waarde. Bovendien heeft inwijden de betekenis; het deelgenoot maken van. Het bondgenootschap, de verbondenheid laat van zich spreken. Inwijden dus en laat ik het daar maar ophouden, want als ik zo doorga, maak ik er nog een ochtendwijding van!

Dit waren de eerste zinnen van een nog altijd zeer actuele toespraak die Aat van IJperen hield ruim 25 jaar geleden bij de opening van 7 Haarlemse kunstenaars bij Lumiance in Haarlem.

Hij is vandaag ook hier samen met zijn lieve Corrie! Aat zei in dezelfde speech ook: “Het is ook niet mis wat hier gebeurt, geestelijke zaken verdienen het niet alleen genoemd maar ook geroemd te worden.” En daar zorgden jij en Harry Swaak voor en de beide Corries, jullie houden al decennia lang de kunst in ere, noemen en roemen, ik vind dat we daar wel even een applausje voor mogen geven!

Grote loyaliteit, visie en trouw weerspiegelen ook in deze tentoonstelling. Zelfs een aantal van de kunstenaars uit die tentoonstelling van 25 jaar geleden zijn ook hier weer vertegenwoordigd.

de-Passages: 41 meter boven NAP. Een nomadisch gezelschap dat tentoonstellingen maakt in wisselende samenstelling.  Vandaag zijn dat Cees Krijnen, Pieter Kusters, Couzijn van Leeuwen, Stefan Kasper, Gé-Karel van der Sterren, Daniel Levi, Pieter W Postma, C.A.Wertheim, Frans Boomsma, Ronald Ruseler en Margreet Bouman.

Zelf ontmoette ik Harry in zijn hoedanigheid van directeur Lumiance voor het eerst bij een tentoonstelling in de Beurs van Berlage eind jaren 80, waar ik mijn loopbaan in de kunsten ben begonnen. Berlage en Swaak, u begrijpt het kon niet beter, ik was toen al zwaar onder de indruk. Jaren later kwam ik hier op een weekend om een tentoonstelling te bekijken, Harry nam ons meteen mee om zijn huis en vooral zijn collectie te bekijken.

Zo moet het dus dacht ik, toen al en nog steeds, compromisloos, aandachtig, inhoudelijk, ethisch en esthetisch sterk, als een grote levend organisme, als een familie! Kunst en cultuur gevat in architectuur en natuur, volkomen vloeiend, vanzelfsprekend sterk en toch bescheiden. Ik herinner mij de gesprekken die wij daarna, op de terugweg in de auto voerden, opgeladen en opgewonden, met het grote verlangen juist DAT vast te houden en ook te creëren.

En DAT doen vandaag de kunstenaars hier, zoals ze zelf schrijven, ze reageren op de ruimte, op elkaar, associatief, ze versterken elkaar. In tijden van voortdurende competitie, zie je hier waar samenwerking toe leidt, harmonieus en aanvullend, maar nergens zoetsappig of decoratief, eerder het tegenovergestelde. Zoals ze het zelf zo mooi verwoorden: zo kan de kamermuziek of “the Beat’ van een serie tekeningen opgeschrikt worden door een vlammende sculpturale blaassectie.

Een ensemble met een qua repertoire integrale programmering. Hierin ligt de grote uitdaging van de-Passages: een groep kunstenaars met een artistiek beleid waarbinnen de kunst niet in allerhande vakjes is opgesloten, maar waarin diverse en uiteenlopende stijlgebieden en disciplines broederlijk met elkaar zijn verenigd, waarin de ijking van heden en verleden een constante factor is, en wel zodanig dat het geheel meer is dan de optelsom van de delen.

De grote troef is dus juist de verscheidenheid van disciplines. En daarmee liepen jullie vooruit op de tijdsgeest, recentelijk op de Arsenale in Venetië zagen we hetzelfde gebeuren, een spannende symbiose, een oneindig brede selectie van kunstenaars, in alle denkbare disciplines, zorgvuldig gecomponeerd tot een mondiaal orkest.

Hier staan we samen met de kunstenaars ook in een soort orkestbak, een betonnen ronde bak, zonder poespas of romantisch gedoe, want daar houdt Harry niet van. En juist daarom doet de kunst het hier zo geweldig goed, een groepstentoonstelling, een kring kunstenaars, die de halfronde zaal als een artistieke arena gebruiken, die het publiek omringt, omhelst en betoverd.

Hier in de buurt liggen de roots van vele Thijmen, mijn voorvaderen, zoals de schrijvers Joseph, maar ook zijn zoon Lodewijk van Deyssel, er werd een prachtig portret van hem geschilderd door de Haarlemse schilder Kees Verwey, die ook mijn grootmoeder Sophie schilderde, slechts tegen betaling van een kistje wijn, die zij daarna gezamenlijk opdronken. Ook vele andere Haarlemse kunstenaars waren met de schrijvers bevriend.

Beeldende kunst was voor de schrijver Lodewijk van Deyssel (1864-1952) een primaire levensbehoefte. Hij reisde in 1905 speciaal naar Sint-Petersburg om er de Rembrandts te bekijken. Parijs, Londen, Venetië; overal bezocht hij musea, en schreef er lyrisch over. Hij onderhield contacten met Jan Toorop, Piet Mondriaan, Isaac Israëls, Jacobus van Looy en vele andere kunstenaars uit zijn tijd. Van Deyssel vond dat ware kunst moest ontroeren en bezielen. Op hun beurt vonden de schrijvers dat mijn overgrootvader kon schilderen met woorden.

Hij vond dat kunstenaars en ook schrijvers veelvuldig met elkaar moesten verkeren, om met elkaar te filosoferen en elkaar te inspireren. Hij noemde dat toen al een belangrijk bondgenootschap, een kleine eeuw geleden. De verbondenheid laat van zich spreken zoals Aat van Ieperen zei. Dat zien wij hier om ons heen en dat is eerlijk gezegd best een verademing, een tentoonstelling die nu eens niet is opgehangen aan een bepaald thema. De selectie van de kunstenaars komt voort uit persoonlijke banden, onderlinge vriendschap en bewondering voor elkaars werk. Dat geeft een heel eigen dynamiek, betekenis en intimiteit dat behoeft geen uitleg, dat zien en voelen wij. En dat wil ik graag samen met U inwijden, door goed te kijken, er met elkaar over te praten en ons te laten inspireren. Hier in CASTELLVM AQVAE; geen betere plek dieper te worden geraakt door kunst, om met Rutger Kopland te eindigen: Alleen in helder water zie je diepte!

Deze openingstekst  werd door Hester Alberdingk Thijm op zaterdag 25 mei 2019 uitgesproken.
Aan 41M Boven NAP deden de volgende kunstenaars mee;
Cees Krijnen, Pieter Kusters, Couzijn van Leeuwen, Stefan Kasper, Gé-Karel van der Sterren, Daniel Levi, Pieter W Postma, C.A. Wertheim, Frans Boomsma, Ronald Ruseler en Margreet Bouman.