Eerste vriendje, daarna Chris

Mijn moeder vertelt dat ze in de oorlog een vriendje had, Gerrit geheten. Die werd net als haar broer Adrie door de Arbeidseinsatz opgeroepen om in Duitsland te gaan werken. Nel had hem voorgesteld om samen met Adrie naar Berlijn te gaan, dan waren ze in ieder geval bij elkaar.

In Berlijn vond Adrie hem een nare vent mede vanwege diens nazisympathieën. Toen Gerrit een week naar Nederland mocht dook hij onder in Bleiswijk en keerde niet terug. Mijn moeder is er op de fiets naartoe gereden om hem te ontmoeten. Hij was vervelend en toen maakte zij het uit.
Mijn moeder kijkt mij onthutst aan en zegt dat ze dit verhaal nog nooit verteld heeft.

Nadat Duitsland verslagen was, kwam Adrie naar huis. Nel zat in de erker van de woonkamer en plotseling zag ze Adrie met zijn koffer het Fabriplein oplopen.
‘Daar komt Adrie … Adrie is terug!’, riep ze.

Nel leerde Chris tijdens de bevrijdingsfeesten kennen. Vlak voor de bevrijding had ze al een keer clandistien met hem gedanst in een verduisterde dansschool met dichtgeplakte ramen. Toen Chris haar voor het eerst mee naar huis nam, zei zijn moeder dat ze wel erg stil was.
‘Ze kijkt over de hei en zegt niks’, was haar eerste commentaar