Wij bestaan uit sterrenstof en onze wereld is materie. Zo zijn de dingen ontstaan. Om grip te krijgen op dat enorme universum dat zich aan ons opdrong, zijn wij ons gaan omringen met handige spullen. Het onmetelijke en onbevattelijke was nauwelijks te doorgronden en misschien klampten wij ons daarom vast aan stenen, schelpen, stokken en amuletten. Zochten wij beschutting en bescherming in holtes, grotten of op heilige plaatsen. De wereld moet uiteindelijk langzaam naar ons toegegroeid zijn. Daarom zijn wij gaan verzamelen, omdat het onderweg ergens in ons DNA is gaan zitten.
Plaats met bezieling
Wie het atelier van Marc Volger binnenstapt wordt allereest overvallen door verbazing, dan volgt verwondering en uiteindelijk nieuwsgierigheid, want overal staan dingen opgesteld. Voorwerpen vol betekenis met ieder een ander verhaal. Kortom deze ruimte, dit eiland, is de Wunderkammer revisited.
‘Als kleine jongen heb ik altijd knikkers, postzegels en suikerzakjes bewaard. Die heb ik allemaal nog. Ze boden mijn jongenswereld een zekere vertrouwdheid en bescherming tegelijk. Daarmee probeerde ik, denk ik, vat te krijgen op de wereld die mij omringde’ vertelt hij, te midden van zijn verzamelingen. ’Er is bovendien altijd een gehechtheid geweest aan oude spullen. Voorwerpen die van mijn ouders en grootouders kwamen, maar je moet uiteindelijk grenzen stellen aan wat je verzamelt, want goedbeschouwd is het een gebed zonder einde als je eraan begint.’
Als je om je heen kijkt voel je dat iedere hoek van het atelier betekenis heeft en zie je in alle kasten of op iedere plank artefacten staan die een wezenlijke rol spelen in de wereld van Marc Volger. Voor hem hebben die voorwerpen geen hiërarchie. Het is allemaal even belangrijk, alleen moeten de objecten wel een ziel hebben. Dat is een vereiste.
‘Reissouvenirs zijn mij gaan obsederen, niet de gevonden objecten, maar voorwerpen en voorstellingen die op de plaats zelf speciaal voor de bezoekers zijn geproduceerd. Ik ben eigenlijk begonnen met het verzamelen van houten wandelstokken met blikken schildjes of stocknägel, omdat die stokken hun eigen wandelingen verzamelen. Het zijn ook een soort wandeldagboeken geweest van onze ouders en grootouders. In ieder dorp dat ze passeerden werd zo’n schildje op de stok gespijkerd. Dan had je er weer een trofee bij.’

Reissouvenirs als cultuurfenomeen
Het is zo oud als de wereld om op reizen aandenkens mee te nemen. Zo ontstonden souvenirs voor de reizigers die zich vastklampten aan hun herinneringen – memorabilia. Of het nu de oude Grieken waren, de Middeleeuwer op bedevaart of de eerste moderne jongelui die op hun Grand Tour Europa verkenden, allen waren er tuk op iets reëels mee naar huis te brengen.
De Grand Touristen namen bijvoorbeeld eerst modellen van de vervallen tempels en ruïnes uit Italië mee naar huis, in de loop der tijd werd dat vervangen door goedkope namaak en daar is in onze tijd pure kitsch – te koop in de kiosk – van overgebleven. Dat vindt Marc dus hartstikke mooi, omdat die massaproducten allemaal een historische- en culturele achtergrond hebben.
De pittoreske Canaletto’s uit Venetië, de vele schetsen en prenten uit exotische oorden of de eerste fotografieën uit de Oriënt van de uit Constantinopel afkomstige Pascal Sebah waren louter bestemd voor de reislustige gegoede burgerij en adellijke klasse. Er heeft in die tijd ook nog een andere doelgroep bestaan. Dat waren de Jannen met de pet. Het gewone volk dat beroepsmatig over de wereld zwierf. Zeelui bijvoorbeeld brachten cadeaus mee die in de havens aangeboden werden, zoals de industrieel vervaardigde Staffordshire ceramics. De volkse voorstellingen verwezen naar verhalen die wij nu grotendeels vergeten zijn. De schrijver-zanger Nick Cave heeft zich de Staffordshirestijl onlangs eigen gemaakt en exposeerde er vorig jaar nog mee in museum Voorlinden. Zo wordt gewoon weer heel erg chique.
Van werk naar andermans herinnering
‘Ik heb vroeger heel veel collages gemaakt. Daar liep ik op den duur in vast, die wereld werd mij te groot. Daarna heb ik besloten terug te keren naar een oude liefde van mij en dat is het schilderen. Ik ging mij weer richten op de werkelijkheid. Parallel daaraan ging ik onderwerpen verzamelen die verwant waren aan die werkelijkheid, bijvoorbeeld mijn fascinatie voor water. Ik richtte mij op ansichtkaarten over watervallen, fonteinen en zeeën. Via de ansichtkaarten kom je ook weer uit op reizen en herinneren. Andermans herinnering bleek voor mij ook interessant te zijn.’
We laten onze ogen al kletsend gaan over geometrisch houtsnijwerk in Friese kerfsnede (een van de oudste decoratieve technieken in ons land. Van oorsprong uit agrarische hoek), tramp-art, boomflessen, oude panorama’s van steden. We wandelen langs schelpen die zichzelf camoufleren met andere schelpen en zeewier imiteren om roofdieren te misleiden, bewonderen prachtige schilderkunst van de Bergense School – opgeduikeld in de kringloop, bestuderen een versteende blikseminslag van natuurlijk glas, de dondersteen, want als een bliksemschicht inslaat op een zandbodem dan worden de kwartskorrels in het zand zó heet dat ze smelten èn … we spreken over de Zee.
Reconstructies van het moment
Voor Marc Volger is de zee een soort artistiek houvast en de Waddenzee is dat voor hem in het bijzonder. Hij verzamelt niet alleen de wereld, maar probeert er ook een te scheppen door die te schilderen.
‘Omdat ik regelmatig op Terschelling ben is de Waddenzee een onuitputtelijke bron van inspiratie. Ik probeer het licht en het landschappelijke te schilderen, dit leidt er uiteindelijk toe dat je eindigt in abstracties. Wat ik binnenhaal is de volheid van de wereld en die is heel fluïde. Ik voel mij eigenlijk een 19de eeuwer die aan land probeert te komen door de natuurfenomenen uit mijn herinnering op te roepen. Je kunt mijn schilderijen reconstructies van het moment noemen … Voor mij blijft de natuur boven op de zeef liggen … die zakt daar niet doorheen.’
Dobbers op school
Het jongste project waar Marc op dit moment hard aan werkt is een monumentale opdracht voor een nieuw schoolgebouw in Hoorn. Hier komen denken en doen kernachtig samen.
In zijn werkplaats bekijken we een gedeelte van het object dat helemaal uit dobbers bestaat. Binnenkort wordt in de centrale hal van het gebouw een waterval met de dobbers geïnstalleerd. Als waterdruppels van diverse omvang en kleur, vallen en dansen ze straks in de vide op het getij van leerlingenstromen. De scholieren hebben de onderdelen van de dobbers zelf beschilderd en voorzien van verzadigde-, soms felle-, soms zeer heftige kleuren.
We lopen naar de proefopstelling in het trappenhuis van het ateliercomplex. Hier is de cascade van vorm, licht en kleur nog bescheiden, maar binnenkort zullen er 160 dobbers over 7 meter in Hoorn komen te hangen. In dit werk komt alles samen waar we deze dag over spraken. De geschiedenis van een plaats, het ambacht en het maakproces, het collectieve geheugen en het schijnbaar onbeduidende object – in dit geval een dobber – dat door uitvergroting en de betekenis van het moment bezieling krijgt.
Verankerd tussen verleden en het heden legt de waardevrije blik van Marc Volger nieuwe waarden bloot. De balanceer-act tussen herinnering en ontdekking is bij hem in goede de handen en dat is nu juist de Kunst.
Haarlem, 23 mei 2025
Bronnen:
– gesprek met Marc Volger op 19 mei 2025
– marcvolger.nl

